Terug naar de basis - de belichtingsdriehoek

Terug naar de basis - de belichtingsdriehoek

De belichtingsdriekhoek is heel erg belangrijk maar ook een heel erg lastig concept om te begrijpen. Daarom begin ik met een basis uitleg en wat misverstanden. Want er is veel misinformatie en dat zorgt voor heel veel verwarring.

Laten we beginnen met de driehoek zelf. Er zijn 3 elementen in je camera die invloed hebben op de belichting van je foto: diafragma, sluitertijd en ISO. Meer is er niet. Ook elk automatisch programma zoals AUTO of portretstand of sportstand maakt alleen maar gebruik van deze 3 elementen voor de belichting. Dus alles wat deze automatische standen doen kan jij ook gewoon zelf instellen en dan heb je controle over deze elementen, in plaats van dat je de computer het maar laat regelen.

Deze drie dingen kan je aan elkaar koppelen als een driehoek. Belangrijk om te weten is dat je lichtmeter een belangrijk rol speelt in. Deze probeert steeds de driehoek in balans te houden, precies in het midden tussen helemaal wit en helemaal zwart. Precies op 0 dus.

Dit betekent dat als het licht veranderd, dus bijvoorbeeld de zon breekt ineens door, dat 1 van de 3 elementen aangepast wordt om de lichtmeter op 0 te krijgen. Maar ook als het licht gelijk blijft en jij kiest voor een ander diafragma, een andere sluitertijd of een andere ISO dan heeft dit direct invloed op 1 van de andere elementen (of in de M stand op je belichting van je foto).

We gaan in een later blog in op wat er gebeurt in de verschillende standen als je ISO, diafragma of sluitertijd aanpast en hoe jij dat je in voordeel kan gebruiken.

Maar eerst even de misverstanden uit de weg ruimen:

Als ik mijn foto lichter wil maken dan doe ik mijn ISO omhoog:

Fout: want als je je ISO omhoog doet dan heeft dat invloed op 1 van de andere elementen want je lichtmeter wil op 0 blijven. Dit werkt alleen als je in M stand fotografeert maar dat raad ik alleen aan in bepaalde omstandigheden, M is voor de meeste omstandigheden niet de beste optie. Dus gebruik M nooit omdat je denkt dat echte fotografen alleen M gebruiken, dat is niet waar.

Als ik een foto lichter wil hebben moet ik wel naar M want in de andere standen kan ik dat niet

Fout: dit kan ook in diafragme prioriteit of sluiterprioriteit met je belichtingscompensatie

ISO moet je altijd op 100 houden

Fout: er zijn veel omstandigheden waarbij je zowel binnen als buiten een hoge ISO kan of zelfs moet indraaien, dit wil ik je graag leren.

Auto ISO is meest handige

Fout: er zijn omstandigheden dat je wel kan kiezen voor auto iso maar beter is ervoor zorgen dat je zelf beslissingen neemt en bewust met je ISO omgaat in plaats van de computer laten bepalen wat de beste ISO is.

Op de M stand is beste, want dan bepaal jij de belichting en ben je niet niet afhankelijk van de lichtmeter

Fout: want als je op M schiet ga je 9 van de 10 keer aan de knoppen draaien totdat je lichtmeter op 0 staat. Je maakt dus wel gebruik van je lichtmeter. In de andere standen zorgt de computer dat je op 0 komt in een milliseconden, terwijl jij exact hetzelfde doet maar daar een paar seconden voor nodig hebt.

Ik leer het echt nooit, te ingewikkeld:

Fout: ook jij kan het leren, stap voor stap en met de juiste coaching en daar help ik je bij. Want al heel veel mensen heb ik het duidelijk uit kunnen leggen en snappen het nu.

Ik ga niet zeggen dat het heel makkelijk is, maar met de juiste persoonlijke coaching ga ook jij het leren. Alles leg ik ook stap voor stap duidelijk uit in de Alles over fotografie cursus, die ook onderdeel is van het Golden Hour Membership.

Terug naar blog

Reactie plaatsen